Klinkers korte klinkers

/i/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /i/ anders uitgesproken.
Na een /m/, /n/ en /ng/ klinkt de klank iets doffer.  Bij uitgangen als –ig horen we een doffe –e. Voor een /tje/, /sje/ horen we een heel heldere /i/.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

kipbildrilwit
wiphikstikik
vitlisgrilgil
zitmiktikvis
pindingdimmen
witjekenniswin
lastigmonnikstekelig
kikkerdrilstippellijnbinnenin
inwinnenflikkerlichtbliksemflits
een dikke stiftwitte kippenstille kinderen
zitten wippenerin willeneen vinnige kikker

Er zit een pit in de kers.

De ridder wil in het wit optreden.

Wit is een frisse tint.

Ik moet altijd gillen als ik een spin zie.

/a/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /a/ anders uitgesproken.
Na een /m/, /n/ en /ng/ klinkt de klank iets doffer. Voor een /tje/, /sje/ horen we een heel heldere /a/.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

lakwathaklas
zatdaklachval
kafkatbalhap
ratmagwalzak
zalmkatjekam
vatjejasjeklam
kattenbaktrapladderaardappelzak
stappenplanrattenvaldampkap
een kalme katharde klappen een zwarte wand
valse mannenzachte dassen een lange jas

Straks krijg je straf.

Mark past de jas.

Er lag een kwal op het strand.

Ik plant een paddenstoel in het zand.

/e/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /e/ anders uitgesproken.
Na een /m/, /n/ en /ng/ klinkt de klank iets doffer. Voor een /tje/, /sje/ horen we een heel heldere /a/, voor een /r/ is de /e/ minder gespannen.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

beswegvetles
metpletleklef
lesbesthertbek
wetpekveldbed
petjewenshemd
lesjeverfhen
lekkerbeksnelwegstemhebbend
knettergekherkennenspekvet
een lekke emmerde wet kennenelf erwten
extra pretenkel en elleboog een excuus bedenken

Ik zwem naar die plek daar.

Ik leg het mes weg.

Er zit een bel aan het hek.

Het merk staat op de fles.

/o/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /o/ anders uitgesproken.
Na een /m/, /n/ en /ng/ klinkt de klank iets doffer. Voor een /tje/, /sje/ horen we een heel heldere /o/.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

voslosmofbos
flospotzotkop
vodtopmotdot
slokrokstokhok
stomzotjetrosje
bontklomprond
tromgeroffelbombardondonderkop
sloddervosbomvolrotsblok
een toffe rokhet gewonnen lot vol lof
zonder zonop de gronddonder op

Het stof kroop in zijn mond.

De hond gromt luid.

Hij propt zich vol.

De stok ligt op de trom.

/u/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /u/ anders uitgesproken.
Na een /m/, /n/ en /ng/ klinkt de klank iets doffer. Voor een /tje/, /sje/ horen we een heel heldere /u/.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

busnutstutvul
krulrugvlugRus
sulmulkrukgul
mugmusmutssus
centrumalbumzusje
syllabuscursusdun
pluspuntmuntstuknulpunt
rugnummerdrukkunstmuggenrug
een drukke Ruseen stuk taarteen rups op de muts
een vlugge kussnurken en slurpeneen dunne smurf

Zus krijgt een tulp.

De mus ligt op zijn rug.

Ik pluk een tulp.

Brul niet zo om die prul.

Klinkers lange klinkers

/aa/

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

haanlaanzaagbaal
vaarttaarttaalraar
haard zaalvaarstraal
praalzwaannaamfaam
waterstraalpraalwagenaardebaan
paardenstaartavondmaaltafellaken
een rare taaleen maand laterstaren in de wagen
een garnaal bradende leraarskamerslapen op een kamer

Ik maak het maal klaar.

De baas is kwaad.

Klaas is een kleine knaap.

Waarom klaag je weer?

/ee/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /ee/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de klank iets langer.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

leesmeezeemzweep
zweetweetgeefteelt
weesgeelweenslee
veeheespleegeen
weerheerveer
zeermeneermeer
leenheerreserveerheterogeen
detecteeredelsteenleesteken
veel etenweer of geen weergeen regen
verdeel en heerseen deelweeg meer

De heer is een meester in het verkeer.

De steen viel op zijn been.

Ik eet een deel van de peer op.

Er zit een beer bij het meer.

/ie/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /ie/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de /ie/ iets langer.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

kiepzieverliestpiek
vielFiennietlief
zienfietsziekdief
knieliedtypgiet
biernierBelgisch
fiergiertypisch
driewielerkriebeldierfamilie
liefdesverdrietdiepvriesdierenvriend
drie papierendiepe rivierenvier vrienden
tieren en giereneen vieze mierzieke dieren

Lies wil het zieke dier in tien dagen genezen.

Er viel hier niets te verdienen.

Ze gaat op visite in het ziekenhuis.

Vier het feest met je vrienden.

/oo/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /oo/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de klank iets langer.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

gootdoodzoogdoos
doofkroopbootdool
oor hoogkookstroom
booshooploodzoop
doorkoorboord
poortspoorgehoor
boortorenbroodroosteroorverdovend
toverwoordovenschotelDoornroosje
in de oren knopengrote orengrove woorden
rode knopendode sporendoorgevlogen

Zet de kroon op je hoofd.

Het spook gleed over de toren.

Hij smeert stroop op zijn boterham.

Je mag gewoon doorlopen in het noorden.

/uu/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /u/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de klank iets langer.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

nuspuuguniekmenu
musicusindividuduwstatuut
puberjuliweduweruw
tutumenujanuaribruusk
azuurconfituurpuur
natuurbestuuruur
schuurmuurtureluurspuberkuur
studieduurburenruzieluguber
puur natuurde buren glureneen zure garnituur
de muren plamureneen dure tribune een stuurse weduwe

Hij huurt de schuur van tuur.

Het buurthuis staat in vuur en vlam.

De buurman gluurt door een spleet van de muur.

Die dure whisky smaakt veel te zuur.

Klinkers tweeklanken

/oe/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /oe/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de klank iets langer.

 

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

doekkoelhoektoen
voeldoelbloemstoet
roetgoedzoenfloep
poesbloedkoestroem
boervloerstoerbroer
moerkoerloerloer
moederkoekkoevoetgeroezemoes
doe het goedproef de bloemvoer de boer
roeren in de soepstoere boerenboete doen op boetedag

Mijn moeder moet roeren in de soep.

Mijn broer heeft sproeten op zijn neus.

Die groene broek past niet bij je schoenen.

Dat hoef ik niet te doen.

/eu/

Afhankelijk van de omringende medeklinkers wordt de /eu/ anders uitgesproken.
Na een /r/ klinkt de klank iets langer.

 

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

reukkeussteunkeu
preutskreukdeugdcontroleur
jeukkleuterbeuneus
geuracteurdirecteurleun
sleutelbreuksteunbeugelbeukenekleur
leuke kleurenpeuters en kleutersgeuren en kleuren
een deun kreuneneen reuze humeureen deuk keuren

Waar is de sleutel van de keuken?

De speurneus had een slecht humeur.

Peuter niet in je neus.

De Europeanen waren erg euforisch.

/ei/

Het is belangrijk dat je bij de /ei/ voldoende diftongeert.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

reiszwijgeikwijst
geitkrijtrijpwij
teilrijkwijsmeid
veillijnspijsdijk
blijevrijeLeie
rijstebrijreisleiderwijsheid
reistijdkeizerrijkblijheid
vijf geitenrijk en wijseen wijze geit
weinig tijdzij aan zij een ei op de boerderij

In de maand mei legt elke vogel een ei.

Ze reist in het geheim naar een eiland.

Ze drinkt een kop soep met prei.

Voor haar eigen veiligheid kocht ze een doos pleisters.     

/ui/

Het is belangrijk dat je bij de /ui/ voldoende diftongeert.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

duifzuigvuilbuit
pruikthuisspruitsluis
uiruitkuishuil
spuitluikmuishuid
spuienluiertruien
druivensuikertuinhuishuilbui
uithuilenhuismuisbuitenshuis
uit het huiswuif ze uiteen vuile ruit
huil maar uituit het vuistjebruine luiken

De muis kruipt in de tuin tussen de luiken.

Ze verschuilt zich in een kuil.

De zuiderwind huilt langs de huizen.

Hij kwam juist op tijd thuis van de fuif.

/ou/

Het is belangrijk dat je bij de /ou/ voldoende diftongeert.

Probeer volgende woorden correct na te zeggen:

houtouwvrouwsnauw
kousnauwgebouwpaus
sausrauwkousblauw
brouwselbouwwoujuffrouw
vrouwenkoushoutbouwmouwophouder
trouw aan jouik hou van jou een oude vrouw

De pauw beet in het rauwe vlees.

Met een snauw ging de vrouw verder.

Hij klauwde de kabeljauw open.

Hij nam het blauwe touw mee.